zondag 29 november 2020 om 10.00

Morgendienst - Heilig avondmaal
Voorganger(s): Ds. G.C. Buijs
Ouderling(en): Mevr. Kroes
Organist: J. Smit


 

Liturgie zondag 29 november 2020 Avondmaal

 

Welkom, mededelingen, stil gebed

 

Zingen: Psalm 100: 1, 2 en 4 (Juich Gode toe, bazuin en zing)

 

Bemoediging en groet

 

Zingen: NLB 442 (Op U, mijn heiland, blijf ik hopen)

 

Gebed bij de opening van het Woord

 

Kinderlied: Lied 1: 1 en 2(Als je veel van iemand houdt)

 

Schriftlezing: Exodus 16: 1-16 en 31 en Johannes 6: 30-35

 

Exodus 16: 1-16

1Vanuit Elim trok het hele volk van Israël weer verder. Op de vijftiende dag van de tweede maand na hun vertrek uit Egypte bereikten ze de woestijn van Sin, die tussen Elim en de Sinai ligt. 2-3. Daar in de woestijn begon het volk zich opnieuw te beklagen. ‘Had de HEER ons maar laten sterven in Egypte,’ zeiden ze tegen Mozes en Aäron. ‘Daar waren de vleespotten tenminste gevuld en hadden we volop brood te eten. U hebt ons alleen maar naar de woestijn gebracht om ons hier allemaal van honger te laten omkomen.’

4. De HEER zei tegen Mozes: ‘Ik zal voor jullie brood uit de hemel laten regenen. De mensen moeten er dan elke dag op uit gaan om net zo veel te verzamelen als ze voor die dag nodig hebben. Daarmee stel ik hen op de proef: ik wil zien of ze zich aan mijn voorschriften houden. 5. Op de zesde dag moeten ze tweemaal zo veel verzamelen en klaarmaken als op de andere dagen.’ 6. Hierop zeiden Mozes en Aäron tegen de Israëlieten: ‘Vanavond nog zult u inzien dat de HEER zelf u uit Egypte heeft geleid, 7. en morgen, in de ochtend, zult u de majesteit van de HEER zien. Hij heeft gehoord hoe u zich beklaagt. Dat is tegen hem gericht, want wie zijn wij dat u zich bij ons zou beklagen?’ 8. Mozes vervolgde: ‘Vanavond zal de HEER u vlees te eten geven, en morgenochtend zult u volop brood hebben, want de HEER heeft uw geklaag gehoord. Dat is immers tegen hem gericht en niet tegen ons – want wie zijn wij?’

9. Mozes zei tegen Aäron: ‘Zeg tegen de hele gemeenschap van Israël: “Wend u tot de HEER, want hij heeft uw geklaag gehoord.”’ 10. Zodra Aäron dit aan het volk had opgedragen en allen zich met het gezicht naar de woestijn hadden opgesteld, verscheen in een wolk de majesteit van de HEER. 11. De HEER zei tegen Mozes: 12. ‘Ik heb gehoord hoe de Israëlieten zich beklagen. Zeg tegen hen: “Wanneer de avond valt zullen jullie vlees eten, en morgenochtend brood in overvloed. Dan zullen jullie inzien dat ik, de HEER, jullie God ben.”’

13. Diezelfde avond kwamen er grote zwermen kwartels aangevlogen, die in het kamp neerstreken, en de volgende morgen lag er overal rond het kamp dauw. 14. Toen de dauw opgetrokken was, bleek de woestijn bedekt met een fijn, schilferachtig laagje, alsof er rijp op de aarde lag. 15. ‘Wat is dat?’ vroegen de Israëlieten elkaar toen ze het zagen; ze begrepen niet wat het was. Mozes zei tegen hen: ‘Dat is het brood dat de HEER u te eten geeft. 16. HEER heeft bepaald dat ieder ervan kan verzamelen wat hij nodig heeft. Iedereen mag er één omer van nemen voor elke persoon die bij hem in de tent woont.’

 

31. Het volk van Israël noemde het voedsel manna. Het leek op korianderzaad, maar dan wit, en het smaakte als honingkoek.

 

Johannes 6: 30-35

30. Toen vroegen ze: ‘Welk wonderteken kunt u dan verrichten? Als we iets zien zullen we in u geloven. Wat kunt u doen? 31. Onze voorouders hebben immers manna in de woestijn gegeten, zoals geschreven staat: “Brood uit de hemel heeft hij hun te eten gegeven.”’ 32. Maar Jezus zei: ‘Waarachtig, ik verzeker u: niet Mozes heeft u het brood uit de hemel gegeven, maar mijn Vader; hij geeft u het ware brood uit de hemel. 33.Het brood van God is het brood dat neerdaalt uit de hemel en dat leven geeft aan de wereld.’ 34. ‘Geef ons altijd dat brood, Heer!’ zeiden ze toen. 35. ‘Ik ben het brood dat leven geeft,’ zei Jezus. ‘Wie bij mij komt zal geen honger meer hebben, en wie in mij gelooft zal nooit meer dorst hebben.

 

 

Zingen: NLB 887 (Wees stil en weet Ik ben uw God)

 

Preek

 

Zingen: NLB 1005: 1, 2 en 3 (Ned. versie, Zoekend naar licht)

 

Onderwijzing bij het Avondmaal

 

Gebed met aansluitend Onze Vader

 

Zingen: NLB 381: 1, 2, 4 en 5 (Genadig Heer, die al mijn zwakheid weet)

 

Viering Avondmaal

 

Zingen: NLB 634 (U zij de glorie)

 

Dankgebed

 

Inzameling van de gaven

 

Zingen: Hemelhoog 408: 1 (Gaat heen in vrede, melodie Geest van hierboven)

 

Zegen




Collectebestemmingen

1e rondgang:  Kerk in Actie

Oekraïne, school van onze dromen biedt kinderen veiligheid

In veel staatsinternaten in Oekraïne is de situatie voor kinderen slecht: gebrekkig onderwijs, minimale zorg en onverschillig personeel. De directrice van het internaat in de stad Vynnyky wilde het anders en richtte de School van onze Dromen op. Deze school zet zich in om het onderwijs in internaten positief te veranderen.

Ze trainen personeelsleden hoe ze een goede, liefdevolle relatie kunnen opbouwen met de kinderen, hun ouders of verzorgers. De onderwijzers leren nieuwe onderwijsmethoden die het zelfvertrouwen en de creativiteit van de kinderen bevorderen. Breng licht in het leven

van deze kinderen met deze adventscollecte.



2e rondgang:  groot onderhoud kerkorgel en Kerk tv

Uitgangscollecte: eigen gemeentewerk

Collectebus: ZWO zendingsbus

terug